GROOTTE & VORM

Een geprojecteerde schaduw manifesteert zich onder invloed van:

  • Afstand: Afstand tussen het object en de geprojecteerde schaduw
  • Spreiden: de kernschaduw en de overvloeimodus
  • Grootte van het object
  • Lichtbron. Puntlichtbron, meerdere lichtbronnen, diffuus licht. De kleur van het licht.
  • Hoek van de lichtbron t.o.v. het object
  • Hoek van het object en het oppervlak waarop de schaduw wordt geprojecteerd
  • Contouren
  • Textuur. Vooral interessant bij schaduw door strijklicht

Eigen schaduw, scherp afgebakend met puntbronlicht, schuin van voren.

Zachte schaduw zonder scherpe contouren met diffuus licht van boven.

Gebroken schaduw met belichting van opzij.

Gebroken schaduw met belichting van boven.