KIJKEN & ZIEN – GEZICHTSVELD & BLIKVELD

Het gezichtsveld:

  • Het gezichtsveld is de ruimte om je heen die bekeken kan worden door zowel je ogen als je hoofd in dezelfde positie te houden (verstarren).
  • Het gezichtsveld is ruwweg een ovaal gebied recht vóór ons en is groter in de breedte dan in de hoogte.
  • Het gezichtsveld met twee ogen is ongeveer 160 graden horizontaal en 90 graden verticaal.

Het Blikveld:

  • Het blikveld is de ruimte om je heen die bekeken kan worden door alleen de ogen, maar niet het hoofd, te bewegen.
  • Het Monoculair blikveld is de ruimte om je heen die bekeken kan worden door één oog, maar niet het hoofd, te bewegen.
  • Het Binoculair blikveld is de ruimte om je heen die bekeken kan worden door twee ogen, maar niet het hoofd, te bewegen.
  • Het blikveld is groter dan het gezichtsveld: bij de laatste blijven ook de ogen op dezelfde positie.

Test: Gezichtsveld met één oog

Neem eens een keer de moeite om een eenvoudige proef uit te voeren om te ervaren wat je ogen nu feitelijk zien.

  • Ga eens een meter of vijf vanaf een gemetselde muur staan.
  • Houd je hoofd bewegingsloos stil.
  • Sluit je linker oog.
  • Kijk star voor je uit en focus je op één punt op die muur
  • Probeer nu te ervaren wat je nog scherp ziet. Dat is best lastig want je mag je hoofd en je oog absoluut niet bewegen.
  • Intussen probeer je te ervaren wat je nog rondom waarneemt.

Ik ervaar het als volgt:

  • Het “gezichtsveld” is min of meer rond van vorm. Daarbuiten wordt het donker.
  • Vanaf het focuspunt gezien wordt het al snel onscherper / vager.
  • Slechts een beperkte “kijkhoek” is echt scherp.
  • De intensiteit van het licht en de afstand tot het voorwerp speelt een rol.

Test: Gezichtsveld met twee ogen

We gaan nu een stapje verder.

  • Kijk nu met beide ogen
  • Focus op één punt op de muur.
  • Beweeg je ogen niet.
  • Houd je hoofd bewegingsloos stil.
  • Probeer nu te ervaren wat je scherp ziet en tot waar je gezichtsveld reikt.

Ik ervaar het als volgt:

  • Ik zie een gezichtsveld dat een soort liggende ovaal vertegenwoordigt. Daarbuiten is het donker(der).
  • Ook het deel dat ik scherp zie is liggend-ovaal. Maar het deel dat ik scherp zie is vrij klein. Misschien is het scherpe deel maar een (kijk)hoek van 10 graden.

Test: Blikveld:

Klaar voor de volgende stap.

  • Je hoofd houd je nog steeds bewegingloos stil.
  • Nu mag je je ogen bewegen. Doe dat eerst langzaam. links-recht, boven-onder. Je kunt het vergelijken met scannen.

Ik ervaar het als volgt:

  • Ineens ga ik de hele muur scherp zien. In mijn hersenen wordt ergens een totaalbeeld gevormd van de informatie die ik met mijn ogen verzamel. Wow … dus je oog ziet niet het hele plaatje … het gebeurt allemaal ergens diep in die donkere hersenpan.
  • Ik beweeg mijn hoofd nog niet. Rondom, in de vorm van een horizontale ovaal, is er nog steeds een deel dat ik niet kan zien, waar het donker is.

Test: Kijken en Waarnemen:

Nu gaan we ook ons hoofd bewegen. Met andere woorden, we beschouwen de wereld zoals we dat gewend zijn.

  • Beweeg je hoofd, draai van links-naar-rechts en van onder-naar-boven.
  • Probeer je ervan bewust te maken wat je ziet. Licht wordt geprojecteerd op je netvlies. Het gevolg is dat er een informatiestroom vanuit beide ogen naar je hersenen wordt geleid waar die informatie wordt omgetoverd tot een prachtig totaalbeeld. Dat is toch bijzonder!

Ik ervaar het als volgt:

  • De donkere omgeving rondom verdwijnt.
  • Ik zie een totaalbeeld.
  • Maar …. dat beeld is verre van vierkant of rechthoekig. Ik realiseer me dat we zo gewend zijn aan beeldschermen (TV, computer, smartphone, foto’s) dat we wellicht denken dat onze hersenen ook rechthoekige plaatjes produceren.

In dit voorbeeld is gekozen voor een muur. Ongeacht naar welke plek op de muur je kijkt, de afstand naar de muur is om en nabij identiek.
Maar als we dit voorbeeld toepassen op een landschap met een voorgrond en veel diepte, dan komen ook nog andere interessante aspecten “aan het licht”, zoals: